Een jaar Nationaal Programma Onderwijs: waar staan we?

Het Nationaal Programma Onderwijs helpt onderwijsinstellingen ook na corona om studievertragingen weg te werken en het welzijn van hun studenten te verbeteren. In het mbo en hoger onderwijs is hiervoor 2,7 miljard beschikbaar gesteld. Hoe zijn onderwijsinstellingen het afgelopen studiejaar met het programma aan de slag gegaan? En hoe gaat het met de studenten? Dit en meer lees je in de derde voortgangsrapportage van het programma en de bijbehorende Kamerbrief.

Het Nationaal Programma Onderwijs (NP Onderwijs) is nu een heel studiejaar bezig. De acties die instellingen in het mbo en hoger onderwijs hebben opgestart voor herstel en ontwikkeling van het onderwijs na corona zijn in volle gang. Zij zetten vooral in op het aanpakken van studievertraging en het verbeteren van studentenwelzijn.

Ministers Robbert Dijkgraaf en Dennis Wiersma spreken hier in een gezamenlijke brief aan de Tweede Kamer hun waardering voor uit: ‘We zijn blij met deze keuzes. De hardnekkigheid van eenmaal opgelopen studievertraging, de instroomproblematiek en de samenhang met welzijns- en motivatieproblemen onder studenten verdienen de volle aandacht.’

Aandacht voor studentenwelzijn en studie-uitval

Op een aantal vlakken is er al zicht op herstel, schrijven de ministers in hun Kamerbrief. Zo zijn er al veel studenten in het mbo en hoger onderwijs geholpen om hun studievertraging in te halen. En studenten hebben een gunstig perspectief op een stage of leerwerkplek en na afstuderen op een baan. Het aantal studenten op een leerwerkplek in de beroepsbegeleidende (bbl) en duale leerweg is dan ook sterk gegroeid.

Er zijn ook aandachtspunten. Onderwijsprofessionals zien bijvoorbeeld een geremde sociaal-emotionele ontwikkeling en welzijnsproblemen bij hun studenten. Als keerzijde van de krappe arbeidsmarkt komen meer studenten in de verleiding om zonder diploma aan het werk gaan. Er starten bovendien minder studenten in het vervolgonderwijs; meer van hen stoppen voortijdig met hun opleiding.

Door de tijdens corona versoepelde exameneisen starten studenten bovendien met gemiddeld lagere examencijfers en verminderde vaardigheden met hun vervolgopleiding. Een grotere kans op uitval ligt daardoor op de loer. Minister Wiersma kondigde op 21 november in een Kamerbrief het besluit aan om voor de examens van 2023 grotendeels terug te gaan naar de situatie van voor corona. Om te zorgen dat studenten succesvol zijn in hun vervolgopleiding – en later op de arbeidsmarkt – is het tenslotte belangrijk dat zij over de benodigde kennis en vaardigheden beschikken.

Samen verder werken aan herstel

Deze aandachtspunten vragen nu en in de toekomst grote inzet van docenten, ondersteuners én het ministerie. Daaraan blijft het NP Onderwijs de komende jaren bijdragen. Daarnaast hebben studentenwelzijn en kansengelijkheid ook een belangrijke plek in de Werkagenda mbo.

De derde voortgangsrapportage van het NP Onderwijs en de bijbehorende Kamerbrief gaan uitgebreid in op hoe het gaat met de studenten, de uitvoering van het programma en de manier waarop het ministerie van OCW de opbrengsten verankert in nieuw beleid.

Bekijk de derde voortgangsrapportage en de Kamerbrief op www.nponderwijs.nl/voortgangsrapportage.