De overstap naar het voortgezet onderwijs in 2020
Omdat leerlingen in groep 8 dit jaar geen eindtoets maken, is het initiële schooladvies direct het definitieve schooladvies geworden. Minister Slob heeft scholen en schoolbesturen in het primair en voortgezet onderwijs gevraagd dit jaar extra zorgvuldig te bekijken of leerlingen instromen in het VO op het voor hen passende niveau. Voor extra informatie bij de overdracht is een formulier beschikbaar, als aanvulling op het onderwijskundig rapport.
De overstap naar het voortgezet onderwijs in 2020
Dit jaar maken 183.000 leerlingen in groep 8 de overstap naar het voortgezet onderwijs. De overgang van de PO-school naar de VO-school verloopt dit jaar anders dan in voorgaande jaren. In zijn brief van 17 april 2020 heeft minister Slob alle scholen en besturen in het PO en het VO nader over dit onderwerp geïnformeerd. Door het wegvallen van de eindtoets, waardoor het initiële advies direct het definitieve schooladvies is geworden, hebben leerlingen dit jaar geen kans op bijstelling van het schooladvies. Vorig jaar is het schooladvies voor 10 procent van de leerlingen bijgesteld. Deze leerlingen konden dus op een ander niveau instromen in het VO. Het vraagt dit jaar extra inzet van de scholen in het primair en voortgezet onderwijs om de overgang van PO naar VO soepel en kansrijk te laten verlopen, zodat leerlingen onderwijs kunnen volgen op een niveau dat recht doet aan hun capaciteiten en mogelijkheden.
Warme overdracht, kansrijke plaatsing en evaluatie in de brugklas
In zijn brief vraagt de minister scholen, ondanks alle bijzondere inspanningen ten gevolge van de coronamaatregelen, extra aandacht te besteden aan de warme overdracht tussen het primair en het voortgezet onderwijs en aan startgesprekken met leerlingen en ouders. De PO-Raad, de VO-raad en Ouders & Onderwijs hebben bovendien een speciaal formulier ontwikkeld waarop PO-scholen aanvullende informatie, bijvoorbeeld over een vermoedelijke bijstelling, kunnen delen met de VO-school. Daarnaast roept de minister VO-scholen op om leerlingen ruimhartig toe te laten en kansrijk te plaatsen. Ook vraagt hij hen na te denken over het aanbieden van (meer) brede en verlengde brugklassen en over het inbouwen van een (extra) expliciet evaluatiemoment tijdens de brugperiode.